Vijf nieuwe coasters met Ventifoils
Hartel Shipping & Chartering heeft vijf nieuwbouw coasters van 3.800 DWT besteld. De nieuwe schepen meten 89,42 m bij 13,20 m en worden, naast twee elektromotoren van samen 750 KW, uitgerust met twee Ventifoils.
Als reactie op de toegenomen aandacht voor duurzaamheid heeft Hartel Shipping, een bedrijf van de Hudig en Veder groep, gekozen voor een dieselelektrische aandrijflijn, waardoor nu en in de toekomst op duurzame brandstoffen kan worden gevaren. De nieuwbouwschepen worden aangedreven door twee elektromotoren van 374 KW en hebben een totaal geïnstalleerd vermogen van 749 kW.
De frequentiegeregelde dieselelektrische aandrijflijn regelt de snelheid van de schroef op basis van variabelen zoals de beladingsgraad, het waterpeil en de vaarroute, wat resulteert in een brandstofbesparing tot 35% en aanzienlijk lagere emissies. Verdere energiebesparingen, op dit al opmerkelijk efficiënte ontwerp, zullen worden gerealiseerd door een VentiFoil® systeem op het schip aan te brengen. Met deze zeilen kan een verdere efficiëntie van 8% – 12% worden gerealiseerd.
Drift
De vijf coasters zullen worden gebouwd door het Groningse Conoship, dat zich steeds meer toelegt op het ontwerpen van emissie-arme en duurzame schepen. De nieuwe coasters voor Hartel Shipping zijn door Conoship ontworpen als onderdeel van de CIP-lijn, die een variatie aan rompgroottes omvat. Alle schepen in deze lijn, waarvan er al zo’n dertig wereldwijd worden gebouwd, hebben een voor de voortstuwing geoptimaliseerde rompvorm, een dieselelektrische aandrijflijn en twee tot vier Ventifoils aan dek, afhankelijk van de grootte.
Volgens de ontwerpers is dat een bewuste keuze: nog meer windondersteuning zou andere eisen gaan stellen aan de rompvorm: “Weliswaar zijn voor deze coasters de overheersende westenwinden op de Noordzee gunstig voor windvoortstuwing, maar als je nog meer Ventifoils aan dek zet, wordt de drift te groot, en zou je de rompvorm drastisch moeten aanpassen.
Met onze ontwerpen hebben we inmiddels al zoveel brandstofbesparing gerealiseerd – in de afgelopen vijftien jaar toch zeker zo’n 20, 30% – dat daar voor ons meer winst zit dan in het verder uitbreiden van de windvoortstuwing. Maar het is ook wat de klant vraagt. Op een transatlantische route gelden andere uitgangspunten dan voor de kustvaart, waar je veel vaker havens in en uit moet varen, en je koersen moet aanpassen.”
Bronnen: Eigen nieuwsgaring, met dank aan Hudig & Veder en Conoship.
Beeld: Hudig & Veder.


